De heer van Reede schrijft over het afbranden van het huis Amerongen in 1672. Hij wil dat Rubert ondervraagt wordt, omdat hij het huis niet zou laten afbranden maar dit toch gebeurd is. De heer van Reede vraagt of de ontvanger van de brief het verhaal van Rubert nog een keer wil opvragen en of ze daarvan een attestatie kunnen geven.
Herkomst
Maker |
G.B. van Reede |
Datering |
12 november 1673 |
Collectie |
(072) Gerechtsbestuur Amerongen, Ginkel en Elst |
Organisatie |
|
Nummer |
248 |
Link |
https://www.razu.nl/collectie/online-zoeken-in-archieven/?mivast=74&mizig=210&miadt=74&miaet=1&micode=072&minr=853893&miview=inv2 |
Gerelateerde thema's
Trefwoorden
Beschikbare tools
Overzicht van alle transcripties
Overzicht van bron(nen) op de kaart
Huis Amerongen brandt
Eersaeme vroome,
Ick heb ulieder schrijven ontfangen
ende daeruijt seer gerne vernomen
de goede voorsorge die deselve neffens sijn
vaeder voor het mijne draegt, waerin
ick hem recommandere willen continueren,
hetwelcke ick altijt danckelijck jegen haer
sal erkennen, als mij bij betere gelegentheijt
occasie aen de handt kompt. Ulieden sult
wel doen eens omstandigh ende pertinent
op te setten wat discoursen ende antwoordt
den intendant Rubert voerde ende gaeff
den tijden als men bij hem intercedeere
dat hij mijn huijs niet soude laeten
afbrennen, ende of hij bij die occasie niet
en klaegte dat ick quaede diensten aen
den coninck in Duijtslandt dede, stelt
dit pertinent op naer waerheijdt soo
als ulieden het naemaels onder eede soud
konnen verklaeren. Vernemt oock
of hij aen andere diergelijcke discoursen
niet heeft gevoert ende of die in tijden
en wijlen daervan attestatie souden
willen geven, ofte wel presentlijck
voor haer vertrek, draegt voor de rest
soo veel sorge als moglijck is ende blijf
Godt altesamen in gnaden bevohlen die
ulieden voor meerder onheijlen wil bewaeren.
Ulieder geaffectioneerde vrundt
G.B. van Reede
den 12 november 1673