In 1790 wordt Johanna van Vreeswijk door het stadsbestuur van Vianen aangesteld als turftonster. Zij neemt hiermee de plek in van haar overleden moeder, Grietje Boerkamp. Bij haar aanstelling legt zij een eed af waarin zij belooft dat zij zich zal gedragen naar de regels van het beroep.
Turftonsters worden aangesteld door de stad om te helpen bij het meten en vervoeren van de turf. Turf is al sinds de Middeleeuwen een belangrijke brandstof in Europa. Het wordt gebruikt voor huishoudens en voor de industrie. Turf wordt bijvoorbeeld gestookt om huizen te verwarmen of om op te koken. De turftonsters werken dus mee aan de brandstofvoorziening van de stad. De turf wordt vaak met een schip aangeleverd in de haven. De turftonsters plaatsen de turf dan over in turftonnen en meten zo de hoeveelheid ervan. Het werk wordt vaak door arme vrouwen uitgevoerd.