In 2022 was het 350 jaar geleden dat de Republiek der Nederlanden werd aangevallen door de Fransen, de Engelsen en de bisdommen Munster en Keulen. 1672 zal voortaan herinnerd worden als het ‘rampjaar’. Volgens een Nederlands gezegde was "het volk redeloos, de regering radeloos en het land reddeloos". Op veel plekken is gevochten en raakten mensen alles kwijt. Historische bronnen en archiefmateriaal laten ons zien dat deze oorlog veel invloed heeft gehad op verschillende plaatsen in de regio. Elke stad of dorp heeft deze Hollandse Oorlog anders beleefd.
Beschikbare tools
Overzicht van alle transcripties
Overzicht van bron(nen) op de kaart
Overzicht van de schade in Amerongen, Ginkel en El
Memorie vande schade de opgesetenen vande
hoge heerlickheijt Amerongen, Ginckel en Elst,
onder Amerongen door de militie van den coninck
van Vranckrijck aengedaen, bijden gerechte
aldaer achtervolgens aenschrijvens der Gedeputeerde
Staten ’s lants van Utrecht van den 10e deser
maent october 1672 opgestelt, en sulx de luijden
daer, voor oprechte waerheijt den selven gerechte
hebben verklaert.
Staet eerstelijck te noteren dat twee verscheijde legers vanden
coningh eenige dagen lanck t’Amerongen hebben gecampeert geweest,
sijnde bij het eerste sijn Majesteijt selfs present, het twede was (somen
verstond) onder compte de L’Orge door d’welcke twe legers het
coorngewas aldaer bijna geheel is vernielt en tot voederagie
verconsumeert, ende hebben voorts daer naer de troupes en
bagagie op en neder marcherende ordinair aldaer gepasseert
en vernacht. Soo dat de luijden doen veel van hare gerede
goederen en meubelen wierden berooft, en ook genootsaeckt
waren hare huijsen en goederen te verlaten, en het dorp
groote schade lede, alse namentlick: dat de straten door het
passeren vande seer grote menichte wagenen, karren, canon etc:
van extraordinare swaerte, soo te stucken en bij na onbruijckbaer
sijn gereden, datse niet sullen konnen gerepareert worden
als die te voren waren voor 600-0-
Ende is door de France gerooft als het twede
leger daer lach de clock boven van ’t raethuijs
wegende bij gissingh 350 pont weerdich met den
toestel 300-0-0
Voorts de waech met de toebehoor, bancken,
stoelen en andere dingen vant raethuijs weerdich 200-0-0
Een aengeweer vendel 2 trommen etc. 150-0-0
Uijt de kerck twe kopere kronen met noch een
coperen arm vande preekstoel weerdich 250-0-0
De repen vande klock en van ’t horologie die noch
nieuw waren, breken vande preeckstoel en andere
bancken en glasen etc op 190-0-0
Twe ijsere kerckroosters op 80-0-0
Behalven het verbreken vande rare uijtgehouwen
steenen beelden, blasoenen en borden opde
tombe van de heer van Amerongen
De kercken tient is jaerlijx ordinair somtijts
min off meer 80 gl. en heeft nu dit jaer niets
mogen gelden off is geen coorn te vertienden geweest en
soude dit jaer wel gegolden hebben 80-0-0
Gemene putten en pompen te repareren 250-0-0
2060-0-0
Inde selve tijt alst twede leger aldaer lagh
sijn uijt Amerongen vier brouw ketelt ontvoert
also eene van Jan Quint brouwer die volgens
sijn verklaringh hem onlanghs van koop gekost
heeft 720-0-0
Jan Quint schade noch aen coorn 1000-0-0
aen mout 200-0-0
meubelen 120-0-
aen bier, tonnen, branthout, beesten,
verckens schade, aen ’t huijs en andere
dingen volgens getoonde specificatie
tsamen 650-0-0
Huijbert van Velpen 1 brouwketel weerdich
600 gulden doch also deselve van seecker
parsoon tot Reenen gekost was heeft hij die
weer moeten kopen, voor 242 gl.
de kosten van die ketel te vervolgen 20
7 morgen weijt 420
4 morgen garst 120
aen boonen en haver 150
ontrent 8½ mergen rog 340
10 mergen boekweijt 360
aen gras en hooij 28 morgen 1008
een schapschot tot de tenten afgebroken 200
13 beesten 1 vercken met Gijsbertje 160
schade aen drie huijsen en huijsraet 150
aen willige bomen en toeback 212
tsamen schade 3382
dus 3382-0-0
Uijt de brouwerije vande heer van
Lievendael de brouwketel op 700-0-0
behalven de schade vant vonder goet indie
brouwerije
En behalven de schade die opden huijse
van Lievendael is gedaen
Die alhier volgens getuijgenis van verscheijde
luijden worden begroot tsamen 2000-0-0
Jan Aelberten de Cruijff 1 brouwketel van 90-0-0
elf mergen weijt gewasch ten minste 600-0-
aen haver 70-0-0
aen erritten 80-0-
gras en hooij 400-0-
3 peerden en 7 koeijbeesten 200-0-
een stal bijen verbrant 200-0-0
boomen en kerssen schade 200-0-0
coorn uijt den berch en schade aent huijs etc: 40-0-0
Matthijs Feijten…..
Gijsbert Aelbertsz schade acht hont rog en boekweijt
toeback, huijsraet, tweemael uijtgetrocken
en gelt afgenomen tsaemen 250-0-0
Roelof Reijersz aen garst toeback en
enige meubelen schade 90-0-0
Henrick Dircksz wever 200-0-0
Jan Hogenhuijse 100-
Jan en Wouter den Orber schade in toeback 1 vercken
huijsraet en schade aent huijs tsamen 120-0-0
Willem Cornelisz smit schade aen smitsgereetschap
ijser, kolen, meubelen, etc 125-0-0
Thonis Berentsz schade 4 morgen rogge 200-0-0
6 morgen boekent 5 hont garst 250-0-0
een stal bijen 200-0-0
1 koeij, 1 vercken, 1 kalf, toeback en andersins 140-0-0
een half schaepschot afgebroken 100-0-0
Denijs Rumelaer schoenmaker
schade aen leer, winckel, huijsraet,
eeck vant hout volgens getoonde
specificatie 486-0-0
Jantje Wouters meubelen, schaep schade 25-0-0
Getuigenis over de plundering en verwoesting
Wij ondergeschrevenen Johan Quint, jegenwoordich
substituijt drost ende schout van de hoge heerlikheijt
Amerongen, ende Godert van den Doorslagh, secretaris
aldaer, certificeren ende verklaren bij dese, ten verzoecke
van den hooch edelgeboren heere van Amerongen, etc.,
dat in den jare 1672, als de France tot Amerongen
sijn gekomen en den koninck selfs in parsoon den
hartogh van Orleans sijn logement op’t huijs te Amerongen
heeft genomen, ende gedurende sijn verblijff aldaer, sulcken
strickten ordre onder ’t volck was, dat doen ter tijt
aen 'tselve huijs, hoven ende tuynen, mitsgaders des
heeren van Amerongen goederen en plantagien geen
de minste schade was gedaan, daer na als wij neffens
andere ingesetenen bij malkanderen op’t huijs te Amerongen
logeerden, wiert ons dickmalen vande France officieren
die daer quamen en passeerden gevraecht, waer den heere
vant huijs was. Waerop gemeenlick wierd geantwoort
dat men het niet en wist. Ende naderhandt als ick
onderschreven secretaris op het begeeren van de presente inwoonders
bij den secretaris van den hartogh van Luxemborgh tot Utrecht
een sauvegarden brieft versocht, vraegden mij denselven
secretaris naer den heer van Amerongen, en horende dat ick
mij daer van ignorant hielde, wenckte mij met sijn vinger
en seijde wij weten wel dat hij in Duijtslant is, ende de Duitse
vorsten tegens onsen koning ophitst en diergelijcke
woorden, maer hij soude voor het dorp van Amerongen
een sauvegarden brieft gereedt maken dewelke ick
des anderen daags bequam en stont in denselven
brieft geinsereert dese woorden: a la reserve du
Chatteau du dit Lieu. Ende na dat bij de
France publicq geworden was dat den heere van
Amerongen wegens haer hoog mogende de heeren Staten-
Generael sich in Duijtslant onthield, sijn twee
capitainen met hare compagnien van 't regiment La Reijne
op’t huijs te Amerongen komen logeren, en hebben
tselve in possessie genomen, verjagende de onderdanen
daer van daen, seggende dat alle de goederen
van den heer van Amerongen waren geconfisqueert
om dat niet op sijn huys was gekomen, noemende
den heer spotswijse povre monsieur, ende wilden
de voorschreven capitainen met hare soldaten vande ingeseten
gedefroijeert wesen, lieten door haere sergeanten
en soldaten alle dagen broot, vlees, boter en
andere spijse de inwoonders affhalen, so lange
dat de inwoonders ten deele begonden met hun
kinderen honger te lijden, om datse geen spijse konden
bekomen. Waer over sij moesten op anderen plaetsen
trecken, en die capitainen niets meer vindende sijn
doen ook vertrocken. Daarna is in
februarij 1673 een edelman ofte officier
genaamt La Fosse van de lijffgarde van den hartogh
van Luxenburgh met 10 a 12 ruijters op den
huijs en slote van Amerongen gekomen, seggende
tegen die opgesetnen die daer weder opgevlucht
waren, dat hij ordre hadde om tselve huijs te
ruineren, en te verbrandden, ende dat ider daer van
soude trecken, en hebben deselfde Franssen al voort
bossen hout en strooij gedragen, boven in de toorens
en door het geheele huijs, en het bovenste eerst aan
brandt gesteecken en van boven tot beneden geheel
afgebrandt. En hebben voorts des nachts de
schone huijsingen en getimmerten om het voorburgh
al mede affgebrant, niet tegenstaande dat de
inwoonders te vooren een groote somme gelts
presenteerde, dat het niet gebrandt soude worden
maar dien officier sijde dat hij geen verschoninge
vermochte te doen, onder andere, om dat den heer
van Amerongen tegens de interesse van den koninck
van Vranckrijck ageerde. Na welcke tijt
op de goederen ende weijlanden van welgemelte heere
van Amerongen sijn gekomen, eerst eenige honderden
karpeerden daarna ontrent 50 a 60 ossen en
ettelijcke duijsenden schapen die men doen seijden dat den
intendant Robert toebehoorde, ende wierden doen ook
de bosschen en plantagien van meergemelte heere van
Amerongen affgekapt. Hier op ons gevraechdt
sijnde hoe groot wij dese schade van’t affbranden
van’t huijs, voorburgh en ruine van de goederen
daer aen behorende, wel souden estimeren soo hebben
wij tselve soo pertinent niet konnen doen, maer
verklaren bij onse vroomigheijt na dat wij tselve
met verscheijde timmerluijden en metselaers hadden
overleijd, dat onses oordeels diergelijcken, soo als
het voorschrevene huijs en voorburgh voor het affbranden
is geweest, wel over de hondert duijsent gulden
soude kosten, behalven het afbreecken en opruijmen
van de mueren, die door den vehementen brant en door
het vallen van balcken en mueren tot in de gront
waren geborsten, en na binnen en buijten uijt geweecke
en in de gracht gevallen. Ende alsoo ons alle 't
geene voorschreven neffens veel meer ingesetenen van Amerongen
seer wel bekent is, als hebbende het voorverhaelde
selfs gehoort ende gesien, soo hebben wij substituut
drost ende secretaris desen t’ eenen oirconde onderteekent
op den 18e maij 1600 vijff ende tseventich.
Schadevergoeding Rampjaar
Aentekening ofte memorie
van de onkosten gedaen bij de
France, tot laste van de hoge heerlikheid
Amerongen, daer in begrepen Ginckel
onder Amerongen, Dwarswech en
den Dijck, in 't generael in de
jaren 1672 en 1673.
Eerstelick sijnde inwoonders van 't dorp Amerongen
in anno 1672 beswaert geweest met een guarnisoen
van twe compagnien tot ontrent tsestich soldaten
van het regiment van La Reijne diese kost en
drank hebben moeten geven, en in 't lest een
wagen gedaen om tot Wijk ammonitie broot
te halen, die eijndelik de miserie en armoede
der inwoonderen aensiende na 5 dagen vertrocken
doende daertoe peerd en wagen om hunne
bagagie en siecken wech te brengen. Van
welcke biljetteringe men Ginckel, Dwarswech
en den Dijk vrijhielt en verschoonde, opdat se
te eerder souden vertrecken, ten minsten
ider soldaet 5 stuijvers, beloopt in die
vijf dagen dat Amerongen alleen gedragen
heeft 75-0-
Daer na in de somer 1673 heeft Amerongen
alleen gedragen omtrent 100 soldaten die
van Arnhem quamen en alle week wierden
afgelost, om d'artillerije te bewaren
tien weken langh, die men huijsvesting,
peper, sout, azijn, potten, schotels, hout
en turff tot brant en andere dingen
meer mosten verschaffen, en alleen biljetten
gaff op de inwoonders van 't dorp,
daer men als voren
Ginckel, Dwarswech en den Dijk van verschoonde.
opdat se daerna ten danck mede soude
betalen, ider soldaet gerekent op drie stuijvers
is daegs over 100 soldaten vijftien gulden,
beloopt in die tien weken off 70 dagen
de som van 1070-0-
En hebben die van Amerongen en den
Dijk over den anderen dach een wagen
naer Rhenen off Wijk moeten doen
en broot voor die voorschreven soldaten
gehaelt. En eens die van den Dwarswech
een wagen na Arnhem, in die tien
weken 35 reijsen, ider reijs eene gulden
vijf stuijvers beloopt 43-15-0
Noch hebben bij de voorschreven artillerije
en soldaten gebilletteert geweest 40 a
36 ruijters vijf dagen langh en kost
en dranck toe moeten geven, daegs
gerekent op 15 stuijvers is daegs 27 gulden,
makende in die vijf dagen 135-0-
Noch is de hartoch van Luxemburg na
boven gereden bij sich hebbende tot
convoij 50 ruijters, belastende deselve
hier te Amerongen te blijven tot dat wederom
quam. Die bleven seven dagen hem in wachten
ider als voren 15 stuijvers, beloopt daegs
37-10, komt in die seven dagen 262-10-
Dit altsamen behalven de continuelen
marsch soo van boven als beneden
en meest altoos te Amerongen vernacht
wesende daer noch lestelick eenige dusent aldaer gecampeert
als de provintie wiert geevacueert,
waervan de schade en ruinese groot is
dat alhier niet wel kan gestelt worden.
Daer en boven staet noch te betalen
aen Aert Geurtsz van Leersum
een reekeningh voor leverantie van broot,
bier, zout, azijn, peper, keerssen en andere
waren aen de officiers en soldaten
per ordre, voor het dorp gelevert volgens
specificatie de som van 33-7-0
Den secretaris komt in 't generael
voor sijnen dienst als mede verschot allet
volgens sijne declaratie over de jaren
1672 en 1673 ofte volgens voorgaende
ordre en uijtsettinge in de voorgaende jaren
de som van twehondert vier en twintig
gulden, doch vermits den swaren last wort
alhier in minderinge gestelt 75-0-
is uijtgeset 1674
Joost Berentsz komt voor leverantie
van vier vette lammeren
aen verteringe en officiers van de soldaten
bij de voorschreven artilerije door ordre van schepenen
gehaelt achtien gulden dus deselve 18-0-
Van gelijke komt Matthijs Feijten
van verteringe, leverantie van bier,
broot, keerssen en anders volgens
specificatie 64-1-
Insgelijx Jantje Hermans van
Bemmel ter saecke als voren
volgens specificatie 73-13-0
Jan Quint komt voor verscheijde onkosten
en moeijten voor het dorp gedaen
twaelf gulden. Ende voor sijn dagh-
gelt als te Utrecht voor de contributie
in gijselingh sat seven daegen daegs 15 stuijvers
is vijf gulden 5 stuijvers maekt met de voorschreven
twaelf gulden 17-5-
in minderinge ontfangen van de secretaris seven gulden tien stuijvers den 27 meert 1674.
Aen Wouter Orbers over verteringe bij
16 soldaten die de vorstin van Mekelenburch
te Utrecht geconvoijeert hadden en ordre
schriftelijk van defroijement alhier op 't
dorp voor bier en broot 2-0-0
Insgelijx van een convoij met ordre
van defroijement als voren aen:
Willem de Cuijper 0-19-0
Jacob Vos volgens specificatie 4-17-0
Henrick Jansz 3-0-
[Totaal] 8-16-0
Abraham van Son komt van verschot
ende verteringe volgens specificatie 5-8-0
Den secretaris Doorslagh heeft
in december 1673 verschoten aen een parthije
van vijftich soldaten van de prins van
Orange voor broot, kees en boter ses gulden 6-0-0
Ende noch kort te voren door Thonis
Huijbertsz Aert Geurtsz voor den parthije ook prince
volck aen Cornelisje Korssen 2-8-0
Noch heeft den secretaris elf gulden 13 stuivers
en Jan Joosten vijf gulden verschoten en
aen Wouter betaelt volgens quitantie
voor het werken aen den dijk beneden de Vaert
dus deselve 16-13-0
Noch heeft Jan Joosten verschoten voor volk
aen den dijk 2-2-0
Alle de voorschreven lasten bedragen
twedusent negenenvijftich gulden 18 stuijvers
dus deselve 2039-18-0
Noch aen contributie betaelt volgens
quitantie alhier vertoont aen de France 100-0-0
de twede betalinge aen de contributie
volgens getoonde quitantie 120-0-0
de derde betalinge aen de contributie volgens
getoonde quitantie 52-10-0
Executie van de gijselinge van Jan Quint 10-0-0
De provoost volgens quitantie elff gulden en
gelt overbrengen als Jan Quint gelost
1-16, makende 12-16-0
Verteeringe van Jan Quint als in de
gijselinge was en gehaelt wiert 18-19-0
Over affslach van de contributie te
besolliciteren te Utrecht met vier parsonen
behalven 12 gulden bij Hugo Verweij heeft
verschoten 13-17- makende 25-17-0
Een half biers voor de gevangens
van de prins 3-0-0
Jan de Kruijff voor verschot van de
request 2-10-0
[Totaal] 2385-10-
Aldus de voorstaende lasten opgestelt den
19e januarij 1674. Presenten Jan Quint,
Aert Geurtsz, Jan Joosten, Gerrit Thonis Brantsz
ende Gerrit Stevensz, schepenen der hoge heerlijkheid
Amerongen.
Heer van Amerongen
Eersaeme vroome,
Naedemael door Godes genade de vyanden
nu de provincie van Utrecht t'eenemael
hebben verlaeten, ende dat ick met leetwesen
verstaen, dat sij bij haer vertrek onse arme
ingesetenen wederom t'eenemael hebben
geruineert ende bedorven, waervan men
nochtans onseeker spreekt, soo is mijn
begeeren, dat u edele aensien ’s briefs
sich sult hebben herwarts te begeven,
omme mij te informeren ende pertinenter
berichten van de geheelen toestandt van
ons dorp, ende van myne goederen int
particulier, ende voornaementlyck van
mijne boschen, kribbingen en reiswerden
ende wat voor eerst het noodtsaecklijckste
sal wesen dat men aen deselve sal konnen
doen, spreeckt oock met den timmerman
ende soo der noch een metslaer is, wat
het noodigste sal wesen, omme onse ver-
brande huijsingen, soo veel de muijren
noch over endt staen, te conserveren,
magt van het een en het ander een
schriftlicke memorie op dat wij daerin
soo veel ordre stellen als de tyt ende
gelegentheijt sal toelaeten. Ick blyve
eersaeme vroome
U E. geaffectioneerde Vrundt,
Godert A. van Reede
Heer tot Amerongen
Eersaeme Vroome
Godert Doorslagh Secretaris
van de Hooge Heerlijckheijt
van Amerongen
tot Amerongen
den 27e ... 1673
ontfangen
Akte van neutraliteit
Les Etats Généraux des Provinces Unies
des Païs Bas, ayant veu les actes de neutralité
accordé par Son Altesse Monsieur le Prince d’Orange,
capitaine géneral des armés de cete stat par M.
le Comte de Lorge, lieutenant géneral des armés du
Roy Très Chréstien de France et de Navarre à la
ville de Vianen et au plat païs qui du dépend,
desques actes la teneur s’ensuit.
Son Altesse déclare par la presente que dans la
ville et chasteau de Vianen avec le plat païs en
dependant elle ne logera ny souffrira qu’il y soit
loge des trouppes ny des gens de guerre, estant
au service de cet estat, et sous la charge et
commandement en cas que du costé de la
France l’on en use de mesme, faict au Camp de
Bodegrave, le 18. Octobre 1672, signé
G.H. Prince d’Orange, et plus bas: Par ordre de
son altesse, C. Huijgens.
Nous comte de Lorge lieutenant géneral
des armés du Roy, commandant pour sa Majesté
dans les villes et forts de Nimwegue, Arnhem,
Graves, Tiel, Bommel, les forts de Skinq,
Crevecoeur, St. Andries, Vornes et les païs
dependans.
Ayant veu l‘acte de neutralité de la ville de
Vianen de Monsieur le Prince d’Orange dont
copie est cy-dessus, nous par ordre et seulz
le bon plaisir du Roy, accordons ladite neutralité
aux closes et conditions portées par ladite acte
à la charge toutefois, que dans ladite ville de
Vianen il pourra y demeurer une personne
que nous jugerons à propos d’y mettre pour
nous rendre compte si les closes portées par
le present acte s’executent de bonne foy et
pour nous advertir s’il s’y retirent des
partis. Ce que Monsieur le Prince d’Orange
pourra faire pareillement de sa parte lesquelles
deux personnes de part et d’autre seront en
seureté dans ladite ville et chasteau de Vianen,
et pourront aller et venir librement chacun
du costé de leur party sans aucun empesche-
ment, en foy de quoy nous avons signé ces
presentes, fait contrasigner par nostre
secretaire ordinaire avec le cachet de nos
armes, à Nimegues le 8e Novembre
1672, signé Lorge de Duras, et plus bas:
Par Monseigneur De Bardon.
Son Altesse agree les conditions portées par
l’acte de Monsieur le Comte de Lorge don’t
copie est cy-dessus, fat au Camp d’Eysden,
ce 24 novembre 1672, estoit signé
G.H. Prince d’Orange, et plus bas, Par
ordre de Son Altesse, C. Huijgens.
Nous avons agrée, approuvé et ratifié,
agreons, approuvons et ratifions par ces
presentes les actes cy-dessus inserés selon leur
forme et teneur. Consentons à ce qu’à nostre
égard ladite neutralité soit punctuellement
entretenue et promettons de la faire entre-
tenir, observer et garder fidellement et
inviolablement du tous les points, sans y
aller ou venir ou permettre qu’il ne soit
rien fait au contraire, directement ny
indirectement en quelque façon ou manière
que ce soit, en foy de quoy nous avons
fait signer les presentes par le Président de
nostre assemblée, contresigner de l ‘un de
nos greffiers, et y avons fait apposer
nostre grand sceau.; fait à La Haye le
15e novembre 1672, signé W. de Nassau,
et sur le replic estoit escrit Par ordonnance
des dits Seigneurs Etats Généraux, signé
H. Fagel, et y avoit un grand sceau pendant
en cire rouge.
Accordant avec son original,
H. Fagel.
Acte v. neutraliteijt met eenige contracten.
Inventaris 1778 Loquet 4 6. Paquet I A
In No 10
96
Register van resoluties Vianen
Extract uyt ’t register der resoluties
van den Hoog Mogende Heeren Staten Generael
der Vereenichde Nederlanden
Jovis den 15. December
1672
Opter vergaderinge gelesen de requeste van den
heer van Brederode, houdende in effect dat de
Grave de Lorge, lieutenant generael van de
legers van den coninghe van Vranckrijck swaricheyt
maeckt van toe te staen de neutraliteyt aen den
suppliant, in gevolge van den acten als voorscreven requeste
annex ende hier onder volgende geïnsereert,
tensij dat haer Hoog Mogenden die hadden geapprobeert
ende geratificeert, verseeckerende derselven dat
haer Hoog Mogenden hem deselve ratificatie gelieven
t’accorderen.
Son Altesse declare par la presente que
dans la vile et chasteau de Vianen avec le
plat païs en dependant, elle ne logera ny
souffrira qu’il y soit logé des trouppes ny des
gens de guerre estant au service de cet
estat et sous sa charge et commandement
du cas que du costé de la France l ‘on en use
de mesme, faict au camp de Bodegrave,
le 18e octobre 1672, signé G.H. Prince
d’Orange, et plus bas, Par ordre de Son
Altesse C. Huijgens.
Nous Comte de Lorge lieutenant general
des armees du Roy, commandant pour sa
Majesté dans les villes et forts de Nimwegue
Arnhem, Graves, Tiel, Bommel, les forts
de Skinq, Crevecoeur, St. Andres, Vorns,
et les païs dependans.
Ayant veu l ‘acte de neutralitié de la
ville de Vianen de Monsieur le Prince d’
Orange dont copie est cy-dessus, nous
par ordre et sousz le bon Plaisir du Roy
accordons ladite neutralité aux closes et
conditions portées par ledite acte à la charge
toutefois que dans la ville de Vianen il
pourra y demeurer une personne que nous
jugerons à propos d’y mettre pour nous rendre
compte si les closes portés par ce present acte
s’executent de bonne foy et pour nous advertir
s’il s’y retirent des partis, ce que monsieur
le Prince d’Orange pourrra faire pareillement
de sa part, lesquelles deux personnes de part
et d’autre seront eu seureté dans ladite
ville et chasteau de Vianen, et pourront
aller et venier librement, chacun du costé
de leur party, sans aucun empeschement,
en foy de quoy nous avons signé ces
presentes, fait contresigner par nostre
secretaire ordinaire avec le cachet de nos
armes, à Nimwegues le 8e novembre
1672, signé Lorges de Duras, et plus bas
par Monseigneur De Bardon.
Son Altesse agrée les conditions portées par
l‘acte de Monsieur le Comte de Lorge, dont
copie est cy-dessus, fait au Camp d’Eysden,
ce 24 novembre 1672, estoit signé
G.H. Prince d’Orange, et plus bas,
Par ordre de Son Altesse C. Huijgens.
Daerop gedelibereeert sijnde hebben haer Hoog Mogenden
de voorschreven acten van neutraliteit geapprobeert
ende geratificeert, gelijck deselve geapprobeert
ende geratificeert werden mits desen oock
geordonneert dat daerop de nodige
ratificatie sal worden gedepescheert ver-
vaerdicht, ende sonder resumptie uijtgegeven.
Accordeert met ’t voorschreven register,
H. Fagel.
Inventaris 1778
Loquet 4 B
Lichamelijk letsel
Wij schout etcetera,
Dat Jerifaes van Aelwijck borger deser stadt in den
beginne van den jare 1672, dus even voor den aenkomst
ende overval der Francoijsen, als wanneer eene compagnie
der borgeren souden gaen nae Nijmegen, om aldaer
guarnisoen te houden, van eene der regeering deser
stadt versocht synde om het geweer der borgers te
visiteeren en schoon te maecken, bij occasie van die
een roer van een der borgers (eenige tijt gelaeden
geweest synde) bi eerder affschieten ende lossen, het
selver roer geborsten en sodanigh aenschieten
gesprongen is
met verlies van sijn geheele duijm en voerste vinger van der linkerhant
dat deselver Jerifaes Aelwijck
daerdoor van ’t gebruick van sijn lincker handt
sodanigh is ontset geworden dat gantsche onvermogen
is met sijner arbeijt
een kleermaecker van sijn hantwerck synde
sijn kost voor vrou ende kinderen
te ghewinnen, gelijck te bewonen met aller neersticheyt
ende ijver heeft gedaen, de… den 18en september 1683.
De Fransen verdrijven
Copia
Wij onderschreven schout ende Gerechten der steede
Ameijde gelegen naest aende schout ampten van Lexmont
ende Achthoven attesteerene bij deesen onder debet in
’t stuck onser bedieninge gedaen als dat de landreijen
onder den selve schoutampte gelegen inden soomer
vanden jaere XVIc twee en ’t seventig [1672] door order vanden
staat ende affbraek vanden vijant onder waeter
sijn geseten ende het meerendeel tot hers toe
onder waeter is geweest, gevende verstoor reden
van well weetenschap dat het selve lant ons
wel bekent oock dat de doorgravinge vande kaede
ofte waeter keering vande selve landereijen gelegen
eren boven de Ameijdense Sluijssen door de millijtie
ende commende van den heer Soronijme doen ter tijt
commandeerende tot Schoonhoven is gedaen
des ten oirconde deese bij ons in Ameijden onderteijckent
opden derden december XVIc vier ende seeventig staat
onderteijckent Hr. de Bruijn, Claes Verhoeff
Willem de Hertog, Jacop Dircks., Fuijck Bernt
Niecasis Gersboorten Frans Geritszoon, Pieter de Bruijn
staet mij present secretariss Aerns Braneder
Copia
Attestatie van Ameijden
Copia
Attestatie van Ameijden
Brandschatting van Vianen
Wij onderschrevenen Dijckgraeff ende Hogeheemraet
mitsgaders schouten ende gesworens van
de dorpen des Lants van Vianen verclaren
bij desen te ratificeren soodanige acte als
bij de Magistraet ende eenige borgers der
stede Vianen is onderteijckent, daer bij belooft
is in redemptie ende afcoop vande plunderingh
ende verbrandingh daer mede de voorschrevenen Stadt
ende platte landen van de Francen wierden
gedreijcht aen den Intendant van den
koninck van Vranckrijck te betalen een
somme van tien duijsent guldens, Ende
dat daer en boven in de Maentelijcke
contributie innegaende met dese lopende
maent November sal werden gecontinueert
ter somme van acht hondert gulden per
maent, Des t’oirconde hebben wij dese
onderteijckent den 3/13 November 1673
Die heemraden Lakervelt
hebben hun quote
betaelt alste
500 guldens aen den
heer drossaert
latende 200
guldens aen den heer
griffier Dortmunt
in minderinge te weten
h. 223-13-0
Vermits de schade bij de dorpen door invasie vanden
francen geleden, op geaccordert ende toegestaen
dat inde tien duijsent guldens aen d’ander
sijde geroert, mitsgaders inde negen duijsent
vier hondert ende vijftig guldens over de contributie
sedert Maij 1673 tot nieu jaer aenstaende
dewelck bij de stadt alleenich sijn afgebracht,
die van Lexmondt voor haer quote sullen
contribueren ende lasten eens de somme van
seven hondert guldens sonder meer, die deselve
beloven op de stadt te betalen binnen twee
maende nae date deses. Actum die 17e december
1673
Dese w. is
betaelt met
[4?]00 guldens aen den
heer drossard
La Fare, ende
300 guldens aen den
secretaris vande
Lakerveld per assignatie
op d’heer griffier
Dortmont
Is geaccordert ende toegestaen dat die heemraden Heijcop ende
Laekervelt van hare quota ende de bovengroerde
negentien duijsent vier hondert ende vijftig guldens
sullen contribueren ende lasten ijder de somme van seven
hondert guldens eens, sonder meer, geen hierboven bij die
heemraden Lexmondt is belooft, Te betalen binnen twee maenden
met dien verstande, dat aen den decisie van Sijne Excellentie
wert gedeficeert, of op die heemraden Heicop sal wel
gerestitueert ’t geens sijlieden van dese hebben
betaelt op de contributie in de maent april
1673. Alsmede of? bi die heermaden Laekervelt of de
contributie heemraden ende voorschreven maent april oock iets
In minderinge deses
hebben die heemraden heicop
betaelt aen d’heer.
Dortmont in voldoeningen
h. ..staet h. aen b.
h 223-13-0
Nog deficiunt vanden drie
6 twintich
guldens dertig st.
ende is de andere
tweehondert guldens betaelt
bi de heemraden Lakervelt
die bij den heemraden Heicop
betaeld 23-13-0
behoort te worden betaelt, sonder dat echter
daer door ondertusschen de betalingen ende de voorschreven
beloofde seven hondert guldens sal werden opgehouden
actum den 22e december 1673
Accoord met de D’acten
gemaet
Legerwagen afbetalen
van den Doorslag Notaris S’hoofs van
Utrecht bij d’Edel Achtbare Heeren Borge
meesteren en vroetschappe der stadt
Utrecht geadmitteert in ‘t bijweesen vande
nabenoemde getuijgen den heer en meester
Gerard Morraij oud Borgemeester en raedt der
stad Amersfoort als executeur vanden
testamente wijlen den heer Jacob Morraij
in sijn leven ook raed en borgemeester der
stad Amersfoort en verklaerde te hebben
verkocht gecedeert en getransporteert
gelijk hij doet bij desen aen ende ten be-
hoeve van de keer Fredrick van den Ho-
nert Drossaert der hoge en vrije heerlijk-
heijdt Zuijlesteijn en Leersum seeckere
obligatie of actie van een rentlopend
dartig gulden tot lasten van gemelte
hoge heerlijkheijd Zuijlesteijn Leersum
en Ginkel van de legerwagen;
Waermede den voorschreven dorpe en quar-
tiere in den Francen oorlog vande
jaeren 1672 1673 en 1674 is gedient
ende bij de consecutive settingen
vande dorpslasten bij haer erkend
ende de renten vandien à 4 procent sexto
uijtgeset; Ende dat mette achterstallige
en onbetaelde renten vandien; beken-
nende van het voorschreven capitael en
deese obligatie is
bij … in dato die
5 januari 1733 voor
’t geregt en schepenen
gepasseert verbonden
en tot borge gestelt
voor den ontfangen
der ongelden die
Fredrik van den
Honert als schout
en gadermeester
tot Derthuijsen
gehadt heeft en nog
zal comen te
hebben, breeder bij
de acte daervan
uijtgedrukt, ende
t welk op het
register tot Leersum
behoorlijk aangetekent
t’welk ik betuijge
bij absentie vanden zecretaris
G. van Westbroeck
Ik ondergeschrevene
Agatha Aletta
van Beek als
laatste mede erfgenaam
van wijlen mijnen broeder d’Heer Johan van Beek, in leven heere
van Derthuij
sen, verklaare bij deeze de obligatie in ‘t witte dezes
gemelt uijt zijn bovenstaende
verband te ontslaan, consenteerende oversulx in de roijering vande acte ten gezegtsregistre van Leersum; Actum den 28 maart 1761
A.A.E. v. Beek
renten door handen als voren vol-
daen en betaelt te sijn tot den 1e januarij
1719 van welken tijt af deselve lopen ten
profijte van den coper, renuntierende
derhalven daervan ende van alle
brieven en bescheijden daervan sijnde
ten behoeve voorschreven hem gevende bij desen
procuratie in rem suam; En beloofde
deselve obligatie off actie en renten van
dien te vrijen en waren voor alle
op en aenspraeck onder verband en
submissie als na rechten versoeckende
en consenterende hier van acte die is
dese. Aldus gedaen en gepasseert ‘t
Utrecht ter praesentie van Henrick
vanden Bosch en Godert vanden
Doorslag clerken als getuijgen hier toe
versocht die de minute deses nevens
den Heere comparant en mijn notario
ten prothocolle hebben onderteeckent
op den 9e september 1721
welk ick affirmere
J. v. Doorslag
Notaris
Ik ondergetekende als eijgenaar van
het capitael in deese vermeld, verklaere
van het selve met de daar op ter agter-
ren staende renten, na genoegen voldaen
en betaeld te zijn uijt handen van den
scheepen mr Cornelis de Wijs drossaard
der hooge heerlijkheid Leersum
Actum Utrecht den 18e januari 1768
Nicolaas Kien
Compareerde voor mijn Jacob van den
Doorslag Notaris ’s Hoofs van Utrecht bij
d’Edelachtbare heeren Borgemeesteren
en vroetschappe der stad Utrecht geadmit-
teert in t bijweesen vande nabenoemde
getuijgen, den Heer en Meester Antoni Keppel
heer van Oostbroek ende Bilt, ende ver-
klaerde te hebben verkocht gecedeert en
getransporteert, gelijk hij doed bij desen
aen ende ten behoeve van den heer Fredrik
van den Hovert, drossaert der hoge en vrije
heerlijkheijdt Zuijlensteijn en Leersum
seeckere obligatie of actie van een hon-
dert drie en dartig gulden tot lasten
van gemelte hoge heerlijkheijdt Zuijlesteijn
Leersum en Ginkel, vande legerwagen
waermede eenen Jan Janszoon Meijenzsz.
den voorschreven dorpe en quartiere in den
Francen oorlog van den jaere 1672, 1673
en 1674 heeft gedient, en aen den com-
parant bij acte vanden 16e augustij
1686 voor welgemelten gerechten over
gegeven, en bij de consecutive settingen
van de dorpslasten bij haer erkend ende
de renten vandien uijtgeset; Ende
dat mette achterstallige en onbetael-
de renten van dien; Bekennende
vande waerde van dien door handen
van gemelten drossaert vanden
Honert voldaen en betaelt te sijn,
renuntierende derhalven daer van
Deese obligatie is bij
??? in dato die 5en januarij
1733 voor t’grregt alhier
te Leersum gepasseert
verbonden ende tot
borge gestelt ten
belaeven vanden
heer van den
Derthuijsen Johan
van Beek xxx
voor den ontfang
der ongelden die
Fredrik vanden
Honert als schout
en gadermeester tot
Derthuijsen gehadt
heeft en nog steeds
coomen te daer ..tel
collecteeren
breeder bij de
acte daar van
uijtgedruckt
ende t’welk op het
geregtsregister
te Leersum behoorlijk
is aangeteekent
t’welk ik betuijgen
bij absentie van den
secretaris
G. v. Westbroeck
Ik ondergeschreven
Agatha Alletta
van Beeck als
laatste mede-erfgenaam
van wijlen mijnen broeder d’heer Johan van Beeck, in leren heeze
van Derthuijsen, verklaare bij deze de obligatie in’t witte deezes gemeld
uijt zijn bovenstaende verband te ontslaan, consenteerende oversulx
inde royeering van de acte ten geregtsregistre van Leersum, actum
den 21 maart 1761
A.A. v. Beek
ende van alle brieven en bescheijden
daervan spreeckende ten behoeve als
voren met belofte van deselve te vrijen
en waren voor alle namaninge, mits-
gaders voor alle op- en aenspraeck, onder
verband en submissie als na rechten
versaekende en consecuterende hier van
acte die is dese. Aldus gedaen en gepas-
seert, t Utrecht ter praesentie van de Heer
Wouter Adriaen Keppel en Tomas Pauw
wijnkoper t Utrecht als getuijgen hier
toe versocht op den 21e augsustij 1721 en
die de ruimte deses nevens den comparant
en mijn Notario ten prothocolle hebben
onderteekent op dato voorschreven
welk ick affirmere
ik ondergetekende als eijgenaar van het
capitael in deese vermeld, verklaere van het
selve, met de daar op ten agteren staende ren-
ten na genoegen voldaen en betaeld te zijn
uijt handen vanden heer en meestser Cornelis
de Wijs drossaerd der hooge heerlijkheid
Leersum,
Actum Utrecht den 18 januarij 1768
Nicolaas Kien
Obligaatie
Van 133 guldens
Captaal tot lasten van
T’gereght van
Zuijlesteijn Leersum en
Ginkel gekogt vande
Heer en meester Antonij
Keppel in dato den
21 augustus
1721
Obligaatie
Van 133 guldens captael
tot lasten van t’geregt
van Zuijlesteijn, Leersum
en Ginkel gekogt van
d’heer Burgemeester
Morraij in dato den
9 september
1721
Het Koningshof
Wij Borgemeesteren ende schepenen en raden der stadt
Rhenen doen condt ende certificeeren mits deses ten versoecke
vanden heren Johan vande Smissaert hooft officier deser
stadt ende jurisdictie vandien et cetera dat de Fransen inden jaeren
1672 en 1673 als wanneer dese provintie ende alsulx
mede dese stadt hadden geinvadeert het koninxhoff off
huijs alhier mettet selve te houden ende te gebruijcken
tot haer magasijn van hoij, haver, et cetera, soo daer door
als anderen sodanigh hebben gedevalisiert [beschadigd] dat tot een
totael verval souden hebben geraeckt, soo niet, welgent?
here Smissaert in maij vanden jare 1674, dus 's jaers nae ‘t
vertreck der Fransen metterwoon daer ingecomen ende het
selve met nodige ende niettemin considerabele reparatien
hadde besorgh ; ende ick Johan Vonck van Lienden
oudt borgemeester schepenen noch nader daerbij voegende dat
eenige jaren voor der Fransen tijt de sobere revenues van ‘t
selve huijs die gedurende den tijt van mijn opsight daer aen
hebbe te kost geleijt, op verre nae noch in geene deelen
en hebben comen strecken en balanceeren de groot reparatie
die van tijt tot tijt daer aen veradel ^te werden^ behoreen gedaen
T’oirconde is dese mettet stadt cachet bevestight ende bij
Den secretaris ondertekent op den 16e februari 1684
Land onder water
Wij substituut drossaert ende schepenen vanden
landen ende hooge heerlijckheid Hagesteijn, certificeren
bij desen ten versoucke van borgermeester ende
regierders der stadt Vianen, dat actum
int midden vanden jare 1672 ten tijde der
landen ontrent de stadt Gorinchem, ende
omleggende plaetsen van den vijant te strusen
onder water zijn gestoocken aldan mede-
geinundeert zijn geworden de polders
van Bolgerije,Autena, ende Blommendael
alle onder het district den schout-
ampten van de selve stadt gelegen
gelijck oock d voorschreven polders bij defect
van molens noch jegenwoordich, onder
water staen 't van oirconden, soo hebben
wij substituut drossaert ende schepenen
voornoemd, het cleijn zegel ter sake
deser hooge heerlijckheid po 't spatie
deses doen drucken is door onsen
secretaris laten onderteickenen opden 26en
November 1674 ouden stijls
Ere Ordonnantie van 't zelve
Z. Verbooij
Sigilletur
Sauvegarde en inkwartiering
Reeckening gedaen bij Dirck
Aanbueren schout van dese ampt
ontfanck ende van uytgeven als
hij gehadt heeft van sauvegarde
quotisatie gedaen wegens dese
sauvegardens ende inquartieringe
van Franse troupes
Ontfanck
Inden eersten ontfangen wegens de
eerste quotisatie volgens lijsten
Daervan sunder de somme van 99-17-0
Noch ontfangen voor de tweede
reijs wegen de sauvegarde volgens quoti-
sering de somme van 99-8-8
Noch ontfangen van wegens de
inquartieringe van voorscr. Franse
troupes volgens quotisering de somme van 199-17-[vlek]
Summa totalis 499-12-8
IIIIC XCIX gulden 12 schellingen 8 penningen
Van uytgevens
In den eersten betaalt aan borgemeester
van der Lanck tot vieren voor de
quote wegens de eerste sauvegarde
volgens quitantie 150-0-0
blijcken bij quitantie
Noch betaelt aan secretaris voorscr.
voor den tweede quotisatie van der
sauvegarde volgens quitantie 85-19-0
Debit quitantie 25 gulden is nader hier getoont
Item betaelt aan voorscr. secretaris van der
Laercks de quote omgeslaegen voor de bevrijdinge
vander inquartieringe der Franse troupes
volgens quitantie 150-0-0
betaelt bij quitantie
Den voorscr. schout heeft voorschoten
ende betaelt … arbeiders die opte
… werck … … loon
ende andersins volgens specificatie on... van 30-18-0
Ten huijse van den voorscr. schout is
verteert op ‘t maecken van den quotisatie
ende ruijters die soo nu dan gepasseert
sijn als andersins volgens specificatie 25-16-0
Betaelt aen Jan Peters slootenmaecker
van sloten ende sleutels te maecken
over draijbomen volgens specificatie 6-0-0
blijcken bij specificatie ende debit quitantie
Betaelt aen H.. Jacobs smit
van beugels crammen ende spijckers
goet aen voorscr. draybomen volgens
specificatie 20-0-0
Item betaelt aan Dirck Willems
timmerman van de geleeverde slachbomen
…paer … [sterk verbleekt] sparrens ende andersins
volgens specificatie de somme van 20-0-0
Den schout comt van 't gaderen
van de voors. ontfanck van ijder hondert
tegens bedragen[?] 24-19-0
transfert
Den secretaris comt van de quotisatie
te mitsgaders het instellen van desen 3-18-0
ut supra
Den bode comt voor extraordinaris
verdachfaerdinge ende lopen 2-10-0
Summa totalis vander gelden uytgeeff bedraecht
vijfhondert negentien ende twaelf p.
519-12-0
Vereffent met den voorscr. ontfanck dus bedraecht
499-12-8 blijckt mer uytgegeven als
de somme van negentien g. xix p. 8 s.
19-19-8
Aldus get. aen gehoort ende gesloten bij alle
de respectieve heemraden ende schepenen op den
29 julii 1672 in kennisse van mij secretaris
De onderwerping van Wijk aan Frankrijk
seijden de Gecommitteerden vanden steden
Amersfoort Rhenen en Wijck is des
Conclusie nieu te comen consenten nemaer
door de heren ten principale specialick
sijn gelast dat tegen te inharenen hare
notulen ende protest vanden XXe deser te meer
dat door slechts maecken retrenchement
vanden vaert langs de stadt Utrecht ende
soo vooren aende [doorgehaald: suijtsijde] Zuijderzee
de Provincie vanden anderen sal worden
gesepareert ende bij overval vande vijande
harer steden, waren soo een
groot gedeelte vande platte landen ten
proije gestelt, ende daeromme oock men
goede redenen de selve Steden inde
costen vane selve retrenchement
comaen, mochte behoiren getrocken te
worden oock niet uijtt provinciale
schattingen off opcomste betaelt, maer
vaek meer die costen bij de stadt
Utrecht ende die geene die hen benefici-
daervan sulle come te traken, behoiren
ende moet worden bedragen emmers te
lasten vanden selve een separate schatting
opgeset., ende welken bericht dan
den penninge uijt nieuws op te stellen
middelen ten procederen tot het voorschrevenen
werck sal solcken te emploieren daeraen
te moeten verdaen zoo alsnoch ten
selve? inwilligen vanden voergeslagene intussen
lasten niet ten comen verstaen te minste
soo lang S. Eed. volcoomentlijck gebeleecken
zij, dat de meergemelte op te stellen nieuwe
lasten tot het maecken van 't voors. retrenchement
zien sullen worden gebrueckt, ende daer toe
als separate last opgestelt sij…
den 27 april 1672 expresse [zeer slecht leesbaar woord]
Les points que l’on supplie que sa Majesté très chrestienne plaise accorder à la Province d’Utregt
Que l’exercice de la religion reformée comme elle
est enseignée presentement l’université et
escoles soyent conserves
Accordé
Que le gouvernement de la Province comme il est
constitué à present demeure en la mesme forme
et aux mesmes personnes aux quelles il est
presentement, et que les privileges et droit des
trois members de l’estat ville et villes d’Utregt
demeurent en leur entier
Accordé
Que la cour de justice et tous autres charges et
offices par toutte la province soyent continues aux
personnes qui les possèdent present
Accordé
Que touttes debtes charges capitaux et rfentes qui sont
hypothequées sur la province les villes et communautez
soyent continués
Accordé pour tous ceux qui resteront dans les pays submis en l’obeissance de sa Majesté
Que la province, ville et villes ny soyent point
subject aux pillages ny obligez de le rachapter
Accordé
Que la province, ville et villes ny soyent point données
à quelque seigneur particulier
Accordé
Que la province d’Utregt puisse ester compris aux telle
traitté que les Estats Generaux pourroyent obtenir
de sa Majesté
Accordé
Fait au Camp de Wulphen le 26e juin 1672m, signé de Louvris
Extract uyt den brief door den heere intendant Robles aen den heeren gouverneur van Nimwegen
Par ordre de vous mander de
tenir vetremement? la main qu’au
qu’aucune prestre ne catholiques ne
se mettent en possession d’aucun
employ, soit à la ville soit en
la campagne, pas mesme [un ordre]
de monseigneur de Cardinal de Bonilles
ni de qui que soit à moins
d’un expres du roy.
un ordre
Extract uijt den brieff van den intendant raeckende de gereformeerde kercken in Gelderlandt
Reparatie van de Lekdijk-Bovendams
de voet van de dijck bret vijff en een quart roeij
de hoogte van den ijck van ’t water tot aen de
kruijn is hooch 15 voeten
de kruijn van den dijck breet 38 voeten
De voet van den dijck is
breet 4 roeden
de hoogte van der dijck uijt
het water tot op de kruijn 19 voet
de kruijn van der dijck is breet 28 voeten
[doorgehaald: 12 ½ …]
Den xxiiii. meert is dese visite en peijlinge gedaen
staende het water doen maets, 8 roeden en 4 duijmen
onder ’t clockslagh, gemeten aen den schutdeur
van de vaert
Waerschouwinge!
Waerschouwinge
Men doet mits desen een ider waerschouwen
terwijle alrede uijt ons dorp Amerongen Jan Quint
op groote kosten voorde brantschattinge wegens
den Coninge tot Utrecht in hechtenis is gebragt
en dagelijx de kosten noch hoger lopen.
Dat ider sijner brantschat van daech off
ten langsten voor mergen middach komen
betalen off dat men anders de gebrekige
sal moeten overleveren. Een ider sij dan
gewaerschout ende voorkome sijn schade
te betalen aen handen van Tijs Feijten
Actum den 23 februari 1673
Segget voort
Vluchten van de Fransen en verloren goederen
Memorie ende estimatie der
goederen die ick door haesticheijt
van de vlucht voor de Fransen tot Amerongen
heb gelaten als ick den 4 junij 1672
naer Utrecht gingh, alwaer mijn
vrouw en kinderen daegs te voren na
toe waren gereijst
In de kelder
3 tonne bier weerdich met de vaten 25-0-0
1 ton aelbessebier 1/2 af met het vat 6-0-0
1 ton met eenich bier 4-0-0
1 lege ton of oxhoort in de schuur 2-10-0
10 pont keersen 2-10-0
1/2 kees 1-15-0
boter, broot, ham ende anders 2-10-0
1 net 0-10-0
Op de kamer
1 bed, peuluw, 2 kussens 10-0-0
gardijnen en 1 witte deken 6-0-0
1 slaepkist, tafeltje, lessenaer, ledicantje 10-0-0
wiechbanck, heerthecken, planckstoelpreek 6-0-0
2 schilderijen, prins ende princes, caerten, etc. 3-0-0
schorsteenkleetje, loijen, kolven, rottingen, etc. 2-10-0
Aerdewerck 12 schuldschotels 3-10-0
4 schone extraordinaris geblomde schotels 3-16-0
7 andere grote 1-15-0
2 op de manier van posteleijn 1-0-0
3 kopper op de kast 0-12-0
10 tafelborden 0-12-0
boterschotels, etc. ende allerhande root aerdwerck 5-0-0
1 uijtnemende schone rare stoofpot 0-12-0
schone wijn- en bierkannetjes met leden 1-10-0
aen glasten, flessen etc. ten minsten 2-10-0
In de keucken
1 recke met kopere haekjes, kastie, tafeltie, mantelstocke, 5 stoelen, etc. 10-0-0
1 nieuwe ronde tafel 3-0-0
1 geslepe spiegel, vogeltie, schabeltie, reckie 3-0-0
in 't kantoor 1 schabel lessenaer, permetnaer papier, boeken, etc. 3-0-0
uijt cantoor in de kerkenkist, boeken, papieren 6-0-0
ijsere plaet 6-0-0
heert ijser 2-0-0
1 schup 0-8-0
2 roosters 0-10-0
hangijsere ijsere pot, pan 2-0-0
[totaal] 140-0-0
blicke lamp, ketelpotie 0-12-0
In de kamer
kast 15-0-0
tafel 8-0-0
4 stoelen op 't huijs ende in de kerk 6-0-0
1 schenktafeltie, stroopkan, al de schilderijen ten dele op 't huijs 10-0-0
linnen in de was van een week, 4 lakens 12-0-0
noch keucken, solder, schuer, etc.
In de schoolstoel pernanes papier, etc. 3-0-0
2 emmers, ton, tobben, tonnekens 4-0-0
backtrogh, 1 heertie 4-0-0
lanteerntie, blickemmer, degen daegbaer 5-0-0
noch speck, vlees, worst berookt 2-10-0
houte nappen nieuwe doos etc 1-0-0
1 mud weijt met 1 sack 8-0-0
1 schepel rogge 1-4-0
2 boekkassen planken 3-0-0
bakermat 2 wielen 3 stooven 5-0-0
6 kleerschafften, etc. 2-10-0
schertutie raechstocken 1-4-0
wit hout ende brant op solder 8-0-0
in de schuer torf 6-0-0
elserhout, eijcken, etc. 12-0-0
[...] boven bijen 3-0-0
schoen, muijen, hoeden, etc. voort allerhande rommelingh 10-0-0
behalve dat men noch niet mach bedacht hebben
Ende een ton met boeken van mijn swager ontrent 100-0-0
[totaal] 121-0-0
[en] 140-0-0
[totaal] 261-0-0
Taertpan 4-0-0
[totaal] 265-0-0
De goederen van de vrouw van Amerongen
Eersaeme vroome,
Ick hebbe onlangs van ter sijden verstaen dat
de vrouwe van Amerongen bij dese gevaerlijcke tijden
wel mochte haere goederen naer een stadt, ofte
seekere plaetse senden, alwaer deselve voor enigh
ongeval mochten bevriet sijn waer aen sij naer
menschelijke oordeel (als een wijse vrouw sijnde)
seer voorsichtig doet, want nu niet anders te verwachten
is als een bloedigen oorlogh, ende soude wel konnen
gebeuren dat ons Godt de Heere wegens onser groote sonden
wille quaeme te straffen, door enig overval van den
viandt die meer en meer soo men alhier van alle
kanten wert bericht begint te naerderen, soo woude ick
u edele wel vrundelijck versoeken de goetheijt te willen
hebben van te besorgen dat mijn koffers soo op de kneghte-
caemer staet, met ruijgh overtrocken, mede neffens
het goet van den vrouw van Amerongen naer de daertoe
gedestineerde plaetse mochte gesonden werden. U edele sult
mij daer mede hooghlijck verobligeren ende sal ick het bij alle
voorvallende occasien naer mijn kleijn vermogen soeken
te erkennen.
Alhier te hoove is susveer weijnig van importantie
voorgevallen, als dat de churforstinne vandaege acht daegen
van een jongen prince is belegen, die toekomende sondach
sal gedoopt werden ende sal mijn heer uijt naeme
van haer hoog moogende die daertoe van sijn churforstelijke
doorluchticheijt versocht sijn, ten doope staen, 't welcke sonder twiffel
met veele ceremonien ende presentien sal geschieden. Mijn
heers negotiatie alhier seijt men van goede vrucht
te sullen sijn, weshalven ick hoope mijn heer een goede
en corte enjuditie sal erlangen. Wij staen eersdaeghs
te vertrecken naer een plaetse dat hier Casserin, sijnde
20 uijren hier van daan, beter op naer Pruijsen
alwaer wij veele vraije dingen sullen sien en soo men
hier seijt in het beste
ende sterckste
plaitse in dit ganse gebiet.
Waermede door kortheijt van tijt genootsaeckt ben
desen af te breecken sal ick sijn en blijven als oik
naer offre van mijne dienst aen alle bekenden
en vrunden.
Eersaeme vroome,
U edele dienstwilligen dienaer
J. van Benthen
Berlijn den 3 februarij 1672
Huis Amerongen brandt
Eersaeme vroome,
Ick heb ulieder schrijven ontfangen
ende daeruijt seer gerne vernomen
de goede voorsorge die deselve neffens sijn
vaeder voor het mijne draegt, waerin
ick hem recommandere willen continueren,
hetwelcke ick altijt danckelijck jegen haer
sal erkennen, als mij bij betere gelegentheijt
occasie aen de handt kompt. Ulieden sult
wel doen eens omstandigh ende pertinent
op te setten wat discoursen ende antwoordt
den intendant Rubert voerde ende gaeff
den tijden als men bij hem intercedeere
dat hij mijn huijs niet soude laeten
afbrennen, ende of hij bij die occasie niet
en klaegte dat ick quaede diensten aen
den coninck in Duijtslandt dede, stelt
dit pertinent op naer waerheijdt soo
als ulieden het naemaels onder eede soud
konnen verklaeren. Vernemt oock
of hij aen andere diergelijcke discoursen
niet heeft gevoert ende of die in tijden
en wijlen daervan attestatie souden
willen geven, ofte wel presentlijck
voor haer vertrek, draegt voor de rest
soo veel sorge als moglijck is ende blijf
Godt altesamen in gnaden bevohlen die
ulieden voor meerder onheijlen wil bewaeren.
Ulieder geaffectioneerde vrundt
G.B. van Reede
den 12 november 1673
Betalen aan de Fransen
Les habittantes d’Amerongue sont advertque de
payer incessament dans le 18 du present mois
sans aucun delay au sieur Harmand lieutenant
des sauvegardes du roy logé a Utrecht dans
le Fauxbourg d’Amsterdam proche l’hopital de
St. Martin estably pour recepvoir la contribution
la somme portéé par l'ordre du roy d’atté
du quartre du present mois signé Robert,
intendant quie ont receu le 4 Janvier, apéme d’estre
emprisonner piller et Brussel et l’Hastier par
routes les autres rigueuis de la guerre
faict et declaré par moy sous signé le
14. Janvier 1673, Aubert
Het dorp in puin
Waerde, ende besondere vrient,
Uwen aengenamen is ons door uw edele moeder wel
bestelt, waer bij verstaen, soo door de ongelegentheyt
der huijsluijden, als de weijnicheijt des houts, dat tot mij-
nent gevonden wordt, waerom uw edele mijn geen wagen ge-
sonden hebt. ’t Is seer wel. Wij mogen dat dan laten
aenstaen tot nader gelegentheijt bedancke uw edele hoochlijck
voor de moeijten, maer versoecke of uw edele nemant om gelt
konde krijgen, die de mest, leggende op mijn achterplaets,
in mijn voorhof wilde brengen,
doch daer staet int gat van die mest uw edele bekent een hammichgen of 2 gelieve die eerst mijtte nemen,
op mijn aspargie bedden,
daer sijn 2 bedden op’t beneden perck, en 3 op het booduste,
doch dat de boomtjens op de bedden staende, insonderheijt een
kleijn peer griffeltjen, op’t voorste eijnde van ’t darde bedde naer
boven wel gewacht worden, uw edele konde daer een stockjen of-
te 2 bij steken. Wat belanght de proponent ds. Heurnius, sijn edele
soude voormiddach t’Amerongen, ende ’s nademiddachs tot Leersum
predicken gelieft dat doch te helpen bevorderen, om oock die
kercke intehouden, sijn edele kan op mijn plunges slapen, ende eten
bij Anne Wijnen, ’t geen sij heeft, of bij iemant anders
sal die daer voor contenteren. Sende met den selfde 2 duca-
tons voor den diaken, om sijn edele die te behandighen, soo toeko-
mende saterdach minder, ofte meerder voor den armen van
noden is, gelieft mij doch door ds. Heurnium door een let-
tertjen te laten weten, alsoo de stadt aldaer niet en ken-
ne. Hebbe van daech aen den rector ds. Man geschreven
om morgen acht dagen tot Amerongen te predicken, of ’t
doen sal, moet ick uijt sijn rescriptie verstaen. Anders sal ick
sien, door wie de plaetse kan besorgen. De groetenisse aen
u vader, schoonvader, ende moeder, en voorts alle aldaer, mijne
goederen ende lieve vrienden, die ick nevens uw edele Gode ende sijne ge-
nade bevele, blijvende waerde vrient uw edele dienstwillige vrient en dienaer
Bern: Keppel Ecclesiastes Amerongen
Utrecht deser 11 januari 1673 oud
Erentfeste, voorsienighe
Godert van den Deurslagh,
secretaris ende schoolmeester
tot
Amerongen
amica mann met 2 ducatons